Anton Bruckner, mysterieuze, geniale componist

Anton Bruckner, mysterieuze, geniale componist Wie was deze man? Op het eerste gezicht een onbeduidende verschijning met het uiterlijk van een boer. Maar onder deze facade gaat een genie schuil, zoals er maar weinigen op de wereld zijn geweest. Zijn muziek heeft een kosmische werking: Je hebt het gevoel alsof je van de Aarde opgetild wordt en ingewijd wordt in de geheimenissen van de schepping met al zijn oer-krachten.

Geboorte en jeugd

Op 4 september 1824 ziet Anton Bruckner het levenslicht, in Ansfelden, een nietig dorpje in opper-Oostenrijk, in de buurt van de stad Linz. Zijn vader sterft reeds jong, waardoor het gezin het financieel moeilijk krijgt, en dus besluit zijn moeder hem op 12-jarige leeftijd naar het klooster c.q. internaat van Sankt Florian te brengen, in de hoop dat hij daar een toekomst met betere vooruitzichten kan krijgen. Al spoedig blijkt de muzikaliteit van de jonge knaap, die ook nog een mooie stem blijkt te hebben.

En zo groeit hij op, omringt door gewijde muziek, gezongen door kloosterbroeders (monniken), en begeleid door prachtig orgelspel van het barokke orgel in de oude plaats Sankt Florian.

Jonge jaren

Als Bruckner 21 jaar is, verblijft hij nog steeds in Sankt Florian, waar hij tot 1855 zal blijven. Hij heeft ondertussen veel geleerd op muzikaal gebied: lessen in harmonieleer, contrapunt, orgel, piano en viool, het hoorde er allemaal bij. In 1850 wordt hij benoemd tot organist van de kloosterkerk te Sankt Florian. Hij was reeds al eerder met componeren begonnen, doch hij was zich nog niet bewust van zij roeping als scheppend kunstenaar en bracht veel tijd door met studeren en improviseren op het orgel, het instrument waarmee hij zo vertrouwd was geraakt.

In november 1855 solliciteert hij naar de functie van domorganist te Linz, waarvoor hij aangenomen wordt. Aan het eind van het jaar verhuist hij naar Linz en betrekt hij zijn dienstwoning aldaar. Hij reist regelmatig naar Wenen om les te nemen bij Sechter, een zeer gerenommeerd leraar in de muziek-theorie.

Vanaf het jaar 1863 begint de echte componist in hem te ontwaken, wanneer hij een aantal werken componeert, die echt serieus genomen moeten worden: 1) Ouverture in g, 2) Symfonie in f, 3) Psalm 112, 4) cantate Germanenzug, 5) Symfonie in d.

Het jaar daarop componeert hij de Mis in d voor soli, koor en orkest. In 1866 voltooit hij de officiële Eerste symfonie in c, en de Mis in e.

Meesterschap en uiteindelijke erkenning

In het jaar 1868 verhuist Bruckner naar Wenen, waar hij voor de rest van zijn leven zal blijven wonen. Enerzijds heeft hij een aanstelling gekregen aan het Weens conservatorium, anderzijds is hij benoemd tot hof-organist in deze stad. Ook voltooit hij in dit jaar zijn derde grote mis, de Mis in f, een werk dat zich kan meten met de 'Missa Solemnis' van Beethoven. Weliswaar zijn de afmetingen wat kleiner, maar de melodie, harmonie en klank-orkestratie zijn zo subliem geconstrueerd dat je van steen moet zijn om niet aangeraakt te worden door deze prachtige, Goddelijke muziek.

In de drie volgende jaren komt er een kleine stagnatie in het scheppend werk van Bruckner. Afgezien van enkele kleinere werken blijft het een beetje stil bij de componist. Misschien heeft dit te maken met het feit dat Bruckners zus Maria Anna overlijdt, en waarschijnlijk ook met het reizen, o.a. naar Frankrijk, waar Bruckner met overweldigend succes een concert geeft op het orgel in de Notre Dame te Parijs.

In het jaar 1872 begint een zeer vruchtbare periode in het leven van Bruckner. In een tijdsbestek van 5 jaar componeert hij vier symfonieën. We moeten ons goed realiseren, dat we bij een symfonie van Bruckner een "kaliber" voor ogen moeten hebben van de "Negende van Beethoven." Deze vier symfonieën hebben alle een lengte van ongeveer 70 minuten, dus ongeveer even lang als Beethoven's Negende. Bovendien wordt het "koper" nog uitgebreid met een derde trompet en een tuba. Bruckner was onder de indruk geraakt van de Negende van Beethoven, met name het mysterieuze begin, met zijn pianissimo-inzet, gevolgd door een groot, lang crescendo, resulterend in een klank-uitbarsting van het hele tutti-orkest. De meeste symfonieën van Bruckner beginnen dan ook met een pianissimo-inzet, waarna het orkest geleidelijk aanzwelt, totdat er een klank-sterkte is bereikt, waardoor je je overweldigd voelt en je los kan komen van Aardse, stoffelijke bestaan en in geestelijke sferen komt.

Door zijn tijdgenoten en critici werd Bruckner, zoals het de meeste grootheden vergaat, niet begrepen. Zijn symfonieën werden als onspeelbaar bestempeld en men vond de werken ook te lang. En Bruckner was zo nederig en naïef dat hij zich dat aantrok en probeerde zijn symfonieën om te werken, om zodoende de critici tegemoet te komen. Het is daarom dan ook nog een hele klus geweest voor de wetenschappers om de "Originalfassungen" van alle symfonieën terug te vinden. De 5e, 6e, 7e en 9e symfonie echter hebben maar één versie gelukkig. De 6e werd voltooid in 1881, de 7e in 1883 en de 8e in 1887. Echter was het zo dat de 8e weer kritiek kreeg, waardoor Bruckner weer met een tweede versie kwam, die niet echt een verbetering was, want het werk was al geniaal. Maar daardoor ging er zoveel tijd verloren, dat Bruckner het werk aan de 9e symfonie, waaraan hij reeds begonnen was, moest staken, en pas jaren later weer kon hervatten, waardoor hij het werk niet meer heeft kunnen voltooien: Het laatste deel, de finale, is onvoltooid gebleven. Op zijn sterfdag, 11 oktober 1896, werkte hij er 's ochtends nog aan. Maar 's middags, rond een uur of drie kreeg hij het koud en vroeg om een kop warme thee. Terwijl zijn huishoudster de thee nog aan het zetten was, overleed Anton Bruckner, 72 jaar oud. Hij stierf zonder nageslacht, want hij had net als Beethoven niet het geluk een wederhelft te vinden. Maar wat hij ons nagelaten heeft is van zulk een onschatbare waarde, dat wij alleen maar kunnen zeggen: "Dank u, grootmeester, we genieten nog dagelijks van de wonderschone klanken, die u met uw gezegend talent op papier hebt gezet, waardoor onze musici het kunnen reproduceren."
© 2011 - 2024 Franet, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
L. van Beethoven – Symfonie nr. 3L. van Beethoven – Symfonie nr. 3In 1802 en 1803 componeerde Ludwig van Beethoven zijn 3e symfonie, ook wel Eroïca genoemd. Deze symfonie zegt veel over…
Anton Bruckner: 2e symfonieAnton Bruckner: 2e symfonieWanneer men voor het eerst in zijn leven kennis wil maken met de muziek van Anton Bruckner, dan is de tweede symfonie va…
Componist: Ludwig van BeethovenBeethoven is een van de bekendste componisten ooit. Zijn symfonieën en andere werken waren voor die tijd zeer vernieuwen…
Wat maakt Beethoven een unieke componist?Wat maakt Beethoven een unieke componist?Beethoven was en is nog steeds een erg bekende componist uit de 18e/19e eeuw. Waarom is hij zo bekend en wat maakte hem…

Beethoven: Missa SolemnisBeethoven: Missa SolemnisDe "Missa Solemnis" van Ludwig van Beethoven is een zeldzaam hoogtepunt in de muziekliteratuur. De componist vond dit ze…
Opwekkingsliederen; oorsprong en informatieOpwekkingsliederen; oorsprong en informatieOpwekkingsliederen zijn onder veel christenen in Nederland goed bekend. De liederen zijn gebundeld in de bekende gele 'O…
Bronnen en referenties
  • Bruckner-biografie. (Uitgeverij J.H.Gottmer/H.J.W. Becht BV)
Franet (12 artikelen)
Gepubliceerd: 31-01-2011
Rubriek: Muziek en Film
Subrubriek: Muziekstromen
Bronnen en referenties: 1
Per 2021 gaat InfoNu verder als archief. Het grote aanbod van artikelen blijft beschikbaar maar er worden geen nieuwe artikelen meer gepubliceerd en nog maar beperkt geactualiseerd, daardoor kunnen artikelen op bepaalde punten verouderd zijn. Reacties plaatsen bij artikelen is niet meer mogelijk.