Oud-Hollands lied: In ’t groene dal, in ’t stille dal
Het maken van muziek en het zingen van liederen is leuk, gezellig en opwekkend. Vanaf het begin van de twintigste eeuw werden liedbundels populair, waarin typische vaderlandse liederen in werden opgenomen. In het oud-Hollands lied zijn veel vaderlandse thema’s terug te vinden. Maar er is ook ruimte om de schoonheid van de natuur te bezingen, zoals in het lied ‘De kleinste’, ook wel aangeduid met de eerste regel: ‘In ’t groene dal, in ’t stille dal’.
Liedbundels
Vanaf de negentiende eeuw verschijnen er allerlei liedbundels, met materiaal dat geschikt werd geacht voor de school, de vereniging of het gezin. Een van de bekendste liedbundels is wel
Kun je nog zingen, zing dan mee, die vanaf 1906 verscheen en tot 1986 werd herdrukt.
Thema's
Uiteraard moest het liedmateriaal, dat in deze liedbundels werd opgenomen, min of meer een boodschap bevatten. Het moest bijdragen aan een hoger doel, kinderen voor te bereiden op hun toekomstige rol en verantwoordelijkheid in de samenleving. Zo werden bijvoorbeeld de geneugten van het vaderland bezongen, met tal van verwijzingen naar de hoogtepunten van de vaderlandse geschiedenis. Wellicht dat heldendaden uit het verleden konden stimuleren tot grootse prestaties en het aanvaarden van de opgelegde verantwoordelijkheden. Ook waren er moralistische liederen die de goede deugden van de mens als thema hadden. En natuurlijk was er de natuur, Gods schepping. Hoe ga je om met de natuur, wat is je plaats daarin?
De kleinste
In het lied
De kleinste, misschien beter bekend met de eerste regel
In 't groene dal, in 't stille dal worden allerlei mooie dingen uit de natuur bezongen. Het stille dal, de bloempjes, een waterval, de bomen. Maar ook de grote gebeurtenissen, die zich in de natuur afspelen. Storm, windvlagen of onweer. Dan blijf je zelf, als klein element in dat alles, je plaats weten. Het lied is, zoals veel liederen aan het begin van de negentiende eeuw, op tekst gezet door
Jan Pieter Heije, arts en tevens lid van de Maatschappij tot Nut van het Algemeen. Een man met een missie, die zich erop toelegde meer teksten te maken, die geschikt waren voor jeugdigen. Teksten van Heije zijn door verschillende componisten op muziek gezet. De melodie van
De kleinste is verzorgd door Jos Beltjens
De tekst
Hieronder zie je de tekst van
De kleinste. In de afbeelding zie je de notenweergave, genomen uit
Kun je nog zingen, zing dan mee, uitgave 1925. Het lied, dat tweestemmig kan worden gezongen, moet wat gedragen worden gebracht. Opvallend is de relatief eenvoudige meerstemmigheid, door veelvuldig gebruik van tertsen.
De kleinste
De Kleinste
In ’t groene dal, in ’t stille dal
Waar kleine bloempjes groeien
Daar ruischt een blanke waterval
En druppels spatten overal
Om ieder bloempje te besproeien
Ook ’t kleinste
Om ieder bloempje te besproeien
Ook ’t kleinste
En boven op der heuv’len spits
Waar forsche boomen groeien
Daar zweept de stormvlaag fel en bits
Daar treft de rosse bliksemflits
En splijt, bij ’t daav’rend onweerloeien,
Den grootste
En splijt, bij ’t daav’rend onweerloeien,
Den grootste
Omhoog, omlaag, op berg en dal
Ben ‘k in de hand des Heeren
Toch kies ik, als ik kiezen zal
Mijn stille plek, mijn waterval
Toch blijf ik steeds, naar mijn begeeren,
De kleinste
Toch blijf ik steeds, naar mijn begeeren,
De kleinste