Stijldansen: de wedstrijden

Veel jongeren komt het vast bekend voor, zo rond hun 15e, 16e leeftijd wordt er van hen verwacht dat ze op dansles gaan. Gewoon om de basisbeginselen te leren, zodat ze later kunnen dansen op een bruiloft van vrienden of familie.

Het begin

De meeste jongeren die beginnen met dansles, zijn nogal cynisch erover. Er wordt lacherig gereageerd en het dansen wordt niet echt serieus genomen. Maar al snel blijkt het toch wel anders te zijn, de pasjes bleken moeilijker dan gedacht en de meesten beginnen het echt leuk te vinden. Na een paar weken is echt te zien wie er aanleg voor hebben en voor wie het echt een hobby moet blijven.

De eerste wedstrijd

En dan is het moment daar, er komt een eerste wedstrijd aan. Iedereen mag meedoen, maar wat houdt het nou eigenlijk in? Wat moet je dansen, hoe moet je eruit zien en hoe kom je hoger?

De regels bij het wedstrijddansen

De kleding

Wat moet je nou aan? Het is sowieso niet handig om gelijk hele dure spullen te gaan kopen voor je eerste wedstrijd, want het kan natuurlijk zijn dat je het helemaal niet leuk vindt. Als meisje zijnde voldoet een leuk jurkje wat je bijvoorbeeld nog in je kast hebt hangen van een feestje in combinatie met hakken prima! Zelfs ballerina’s zijn eventueel mogelijk als je liever niet op hakken loopt de eerste keer. Later is het wel handig om echte dansschoenen aan te schaffen omdat het meestal fijner danst. Je haar kan je het beste niet los laten hangen, maar in een knotje doen bijvoorbeeld. Als jongen zijnde is het wel echt noodzakelijk om een nette broek en een wit overhemd te dragen, het liefst met een strikje of nette stropdas. Gymschoenen zijn niet echt handig, dus er wordt eigenlijk van je verwacht dat je nette schoenen aandoet.

De dansen

Meestal is het zo dat de allereerste aspiranten wedstrijd een combinatie is van latin en ballroom, omdat je dan nog niet alle latindansen of ballroomdansen hebt gehad. Dit houdt waarschijnlijk in dat je de chachacha, de quickstep en de engelse wals moet dansen.

De klasseringen

Als je net begint met wedstrijddansen begin je bij de aspiranten, dit zijn alle dansers die nog niet langer dan één jaar dansen, na één seizoen mag je dan over naar de nieuwelingen. Vanaf dan wordt het anders, je gaat niet meer over naar een hogere klasse als je langer danst, maar je moet punten gaan verzamelen. Het aantal punten dat je verdient per wedstrijd hangt heel erg af van het aantal koppels dat in de finale staat. Dus als je eerste wordt van de negen koppels krijg je meer punten dan als je eerste wordt van de drie koppels.

De beoordeling

Hoe wordt je beoordeeld zul je je afvragen, meestal zijn er drie of vier juryleden die per dans één minuut lang kijken naar je techniek en uitstraling. Alle drie of vier juryleden zullen dan opschrijven bij de voorrondes hoeveel punten ze je geven, dit kunnen nul tot drie punten zijn. Degenen met de meeste punten zullen direct door gaan naar de halve finales, de rest mag een herkansing dansen, waarin je nog een keer dezelfde dansen moet laten zien. Van hieruit kan je alsnog naar de halve finale doorgaan of val je af en ben je uit de wedstrijd. De halve finale gaat precies hetzelfde, je moet weer alle dansen een minuut lang laten zien waardoor je weer met dezelfde punten wordt beoordeeld. Hier gaan weer de hoogste scores naar de finale, in deze ronde is er geen herkansing! Als je eenmaal in de finale zit wordt je niet meer met punten van nul tot drie beoordeelt maar krijg je een indicatie van op welke plek de jury jou schat, deze scores worden bij elkaar opgeteld en degene met de minste punten (als je drie keer eerste wordt geschat heb je minder punten dan als je drie keer derde wordt geschat) heeft gewonnen!