Tragedie volgens Aristoteles
Aristoteles was een Griekse filosoof die van 384 voor Christus tot 322 voor Christus leefde. Het werk van Aristoteles vormt de basis voor het hedendaagse drama. Hij schreef als eerste de basis voor dramaturgie in zijn werk genaamd Poëtica. Dit werk bestaat uit twee boeken: Komedie en Tragedie. De boeken zijn een opsomming waar een theatermaker zich aan moet houden. Het boek Komedie is nog nooit boven water gekomen. Het boek Tragedie wel, daarover meer in dit artikel.
Onderdelen tragedie
Een tragedie is een genre (net al komedie). Aristoteles heeft de onderdelen waaraan een tragedie moet voldoen opgesomd op basis van belangrijkheid.
- Plot
- Karakters
- Taal
- Logica
- Visuele enscenering
- Zang
De nadruk werd enorm gelegd op plot en karakters. Deze zullen daarom in dit artikel behandeld worden.
Het plot: drie prominente onderdelen
Een plot betekent de verhaallijn, het zijn de handelingen in grote lijnen. Het plot staat volgens Aristoteles met stipt op nummer 1 en bevat de volgende drie onderdelen.
Het betreft één handelingsverloop en één afloop
Er moet eenheid gecreëerd worden in het plot, en de gebeurtenissen en/of handelingen moeten met elkaar in verband staan. Het verhaal is opgebouwd uit een begin, midden en slot. Dit wordt ook wel proloog, episode en exodus genoemd.
De situatie verandert altijd van gelukkig naar ongelukkig en niet andersom
Neem maar eens een film in je hoofd, en bedenk hoe dit verhaal in mekaar steekt. Bijna elke film is opgebouwd vanuit dit principe.
De negatieve wending wordt veroorzaakt door iemand met een goed of gemiddeld karakter
De hierboven genoemde verandering van gelukkig naar ongelukkig wordt dus niet veroorzaakt door een slecht personage, maar juist door een gemiddeld of goed personage. Dit versterkt de identificatie met het publiek.
Het plot: wanneer is het succesvol?
Een sterk plot ontstaat wanneer het publiek zich kan identificeren met het hoofdpersoon. Dit betekent dat iemand zich kan herkennen in de hoofdpersoon. Daarnaast is het lijden van de hoofdpersoon enorm belangrijk voor een succesvol plot. En tot slot het verwerken van een peripetie.
Peripetie
Een peripetie kan twee betekenissen hebben. De eerste betekenis is afwikkeling, ofwel de ontwikkeling en afsluiting van een verhaal. De tweede betekenis die Aristoteles geeft, is een plotselinge ommekeer. Dit fenomeen zie je nog steeds terug in films van tegenwoordig. Het verhaal neemt geheel onverwachts een andere wending. Deze berust vaak op een onverwachte samenhang. De laatste definitie (een plotselinge ommekeer) wordt door Aristoteles bedoelt om een plot succesvol te maken.
Karakters
Vlak onder het plot staat nummer 2: karakters. Ook deze indeling is goed terug te zien in de films die tegenwoordig draaien. Een ander woord voor karakters is agonisten. Deze zijn opgedeeld in drie groepen.
Protagonist
Dit is de hoofdpersoon waarmee je, je als kijker mee identificeert.
Antagonist
De antagonist is de tegenwerkende kracht van de protagonist.
Tritagonist
De tritagonist heeft een bijrol in het verhaal, hij of zij kan allerlei rollen hebben.
Voorbeeld
Een goed voorbeeld van deze indeling zijn alle films van Harry Potter. Hierbij is Harry de protagonist, Voldemort is de antagonist en Ron en Hermelien zijn de twee belangrijkste tritagonisten. Daarnaast bestaan er nog bijrollen zoals klasgenootjes van Harry bijvoorbeeld.