Gitaarsnaren: roundwound, flatwound, gepolijst of gecoat?
Piepende of krassende gitaarsnaren kunnen je plezier in het gitaar spelen danig bederven. Met een betere speeltechniek kun je veel gepiep voorkomen, en daarnaast kun je kiezen voor speciale gitaarsnaren die van nature wat minder piepgeluiden opleveren. Welke verschillende types gitaarsnaren zijn er? En wat betekent het als snaren roundwound, flatwound, gepolijst (ook wel groundwound of polished genoemd) of gecoat zijn? Hoe zit het met de klankeigenschappen van deze types gitaarsnaren? Denk bijvoorbeeld aan de helderheid van de klank of het lang doorklinken van de toon.
Verschillende types gitaarsnaren voor verschillende types gitaren
Gitaarsnaren zijn altijd voor een bepaald type gitaar bedoeld. Zo kun je geen metalen folksnaren op een klassieke gitaar zetten of omgekeerd.
In het eerste geval loop je het risico dat de hals van je klassieke gitaar de grotere spanning van de metalen folksnaren niet verdraagt en daarom scheurt of krom trekt.
In het tweede geval bestaat de kans dat de hals van de folkgitaar naar achteren trekt. Dit komt omdat de hals van een folkgitaar gebouwd is op een sterke tegendruk van de snaren.
Enkelvoudige (monofilament) melodiesnaren en omwikkelde bassnaren
Op klassieke gitaren zitten doorgaans drie nylonsnaren (of drie carbonsnaren) en drie met metaal omwikkelde bassnaren. Bij sommige setjes gitaarsnaren is de G-snaar niet van nylon, maar evenals de drie bassnaren, van een omwikkeld materiaal. Er zijn ook setjes gitaarsnaren in de handel met 2 G-snaren: een omwikkelde snaar en een snaar van monofilament (van nylon of carbon).
Folkgitaren hebben naast drie enkelvoudige metalen melodiesnaren ook drie omwikkelde bassnaren.
Welk metaal of metalen er voor de bassnaren worden gebruikt, kan per merk en type gitaarsnaren verschillen. Denk bijvoorbeeld aan windingen met nikkel, brons of fosforbrons of bijzondere legeringen. Ook het materiaal van de kern van een omwonden snaar kan van merk en type snaar loopt uiteen. Bovendien verschillen ook de dikte van de wikkelingen. In dit artikel worden met name de verschillende afwerkingen van gitaarsnaren behandeld.
Tegenwoordig kun je zowel voor de klassieke als de folkgitaar snaren krijgen met vier types van afwerkingen:
Roundwound snaren
Bij een roundwound snaar is de metalen, zijden of nylon kern omwikkeld met een doorlopende, ronde draad. Als we zonder nadere typering over gitaarsnaren spreken, bedoelen we altijd roundwound snaren. Dit type snaren wordt nog steeds vaak gebruikt, zowel voor de klassieke, de folk- of de elektrische gitaar. Veel bekende en onbekende merken gitaarsnaren hebben verschillende types roundwound snaren.
Het oppervlak van de snaren voelt enigszins ruw aan, vanwege de ribbels die de ronde wikkelingen maken.
Roundwound snaren worden gebruikt voor alle soorten muziek. Deze bassnaren geven een heldere klank met rijke boventonen en ze klinken goed door.
Flatwound snaren
Jazzgitaristen maken graag gebruik van zogenaamde flatwound of tapewound snaren voor zowel de melodie- als de bassnaren. In plaats van een ronde draad zoals bij de roundwound, wordt bij de flatwound een afgeplatte draad als omwikkeling gebruikt.
De constructie van de flatwound snaren heeft als voordeel dat de groeven van de snaarwikkelingen vlakker (want minder diep) en dus gladder zijn dan het geval is bij een roundwound snaar. Die gladheid van de wikkeling zorgt ervoor dat je vingers gemakkelijker over de snaren glijden of schuiven, omdat er sprake is van minder wrijving tussen je vinger en de snaar.
Men zegt dat flatwounds wat zachter klinken dan roundwounds. Ook zouden deze snaren een wat matter geluid geven en korter doorklinken.
De flatwounds worden vooral op jazzgitaren gebruikt. Voor andere muzieksoorten kiezen de meeste gitaristen liever voor gepolijste snaren (groundwounds) of voor gecoate snaren.
Gepolijste snaren
Gepolijste (of polished) snaren worden ook wel groundwound snaren genoemd. Deze snaren worden ook wel halfwound snaren genoemd, hoewel het daarbij eigenlijk gaat om het gebruik van een ander soort wikkeling.
‘Groundwound’ is de techniek om een roundwound snaar te schuren en polijsten totdat een vlak en relatief glad oppervlak is ontstaan.
Als de ronde windingen tot een zeer vlak oppervlak zijn gepolijst, spreekt men wel van flat-polished snaren; men zegt dat deze variant van gepolijste snaren iets matter klinkt dan de andere groundwound snaren.
Groundwound snaren geven in het algemeen een heldere toon die goed lang doorklinkt. Qua gevoel en klankeigenschappen houden ze het midden tussen de gewone roundwound snaren en de flatwound snaren.
Gecoate snaren
Tegenwoordig gebruiken steeds meer gitaristen zogenaamde gecoate snaren. Dit zijn bassnaren die zijn voorzien van een speciale coating met een teflon polymeer. Die coating is ervoor bedoeld om corrosie te voorkomen, zodat snaren langer meegaan.
Deze gecoate bassnaren hebben bovendien als voordeel dat ze gladder aanvoelen dan gewone roundwound snaren. Het risico op ongewenst gepiep en andere bijgeluiden van de snaren is dus kleiner. Daarnaast slijten de fretten minde hard, omdat er minder sprake is van wrijving.
Sommige gitaristen hebben het gevoel dat ze minder grip op de snaren hebben, omdat de coating deze zo glad maakt. Mogelijk zou een minder zware tefloncoating dit kleine nadeel opheffen. De dikte van de coating verschilt per merk gitaarsnaren.
De coating heeft enige invloed op de kwaliteit van de klank. Hoe dikker de coating, des te meer gevolgen dit heeft voor de klankeigenschappen. Bij een dunnere coating slijten de snaren sneller dan bij een wat dikkere coating.
Naast de dikte van de coating verschilt ook de techniek van het aanbrengen ervan per merk en type gitaarsnaren. Een en ander leidt tot snaren met enigszins verschillende klankeigenschappen. Samengevat: de ene gecoate snaar is de ander niet.
Gitaarsnaren met een coating worden steeds populairder, vooral ook bij professionele gitaristen. Vroeger polijstte de meestergitarist en componist John Williams zelf zijn bassnaren om piepgeluiden te voorkomen, maar tegenwoordig gebruikt hij gecoate snaren, vooral ook omdat deze snaren klanktechnisch gezien uitstekende eigenschappen hebben.
Populaire, gecoate snaren voor de klassieke gitaar zijn bijvoorbeeld die van D'Addario en van Savarez.
Overwegingen bij de keus voor een gitaarsnaren
Welke snaren het beste bij je gitaar en je muzikale voorkeuren passen, is grotendeels persoonlijk.
Naast de technische afwerking van de gitaarsnaren (roundwound, flatwound, gepolijste of gecoate snaren) zijn er nog veel meer factoren die de aard van de klank bepalen. Denk bijvoorbeeld aan het gebruikte metaal voor de snaren of de spanning op de snaren.
Bovendien spelen voor de aard van de klank ook je gitaar zelf en, niet te vergeten, vooral ook de manier waarop je de gitaar aanslaat een belangrijke rol. Maar in elk geval is duidelijk dat als je op zoek bent naar snaren met de minste bijgeluiden, je al snel terechtkomt bij gepolijste of gecoate snaren. Wil je meer weten over de oorzaken van en oplossingen voor ongewenste bijgeluiden? Lees dan het artikel over
bijgeluiden van gitaarsnaren.
Lees verder