Zijn jouw lippen geschikt voor de dwarsfluit?
Als je wilt leren dwarsfluiten, zit je misschien met de vraag of je lippen daarvoor wel geschikt zijn. Hoe zit het met dunne of juist dikke lippen of zelfs ongelijke lippen? Geeft het als je mond wat scheef staat? Op welke manier positioneer je in beginsel de lipplaat van de dwarsfluit ten opzichte van je onderlip? Welke oplossingen bestaan er om ongeacht de vorm van je lippen dwarsfluit te leren spelen?
Hoe vorm je tonen op de dwarsfluit?
Je speelt op de
dwarsfluit door de lucht niet rechtstreeks in het blaasgat van het mondstuk, maar schuin omlaag te blazen tegen de overstaande scherpe rand van de mondplaat (die ook wel lipplaat wordt genoemd). Daar op de rand van die plaat wordt de lucht gesplitst. Slechts ongeveer de helft van de lucht komt in het blaasgat zelf terecht. De rest gaat eroverheen.
Wat zijn geschikte lippen als je fluit wilt spelen?
De muziekdocenten zijn het niet allemaal met elkaar eens als het gaat om de vraag welke vorm van lippen ideaal is voor de fluit.
Het goede nieuws is dat bijna iedereen, welke vorm of dikte je lippen ook hebben, dwarsfluit kan leren spelen. Het is zelfs zo dat je met een scheve mond of ongelijke lippen prima kunt fluiten. Nu is het wel zo dat je leerproces gemakkelijker is als je beschikt over normaal dunne lippen, maar niets hoeft je te weerhouden om aan de dwarsfluit te beginnen als je lippen niet aan dat ideaal voldoen.
Positionering van de lipplaat in het algemeen
Iedere gediplomeerd fluitleraar kan je uitleggen hoe je de mondplaat van je instrument het beste positioneert ten opzichte van jouw onderlip. De precieze plek is per leerling verschillend en hangt af van de anatomie van je lippen en je gebit. En natuurlijk kan je fluitdocent je dan ook tegelijkertijd helpen met de vorm en de richting van je luchtstroom. Ook onder andere daardoor wordt namelijk de kwaliteit van je toon bepaald (en natuurlijk ook door de ademsteun, maar dat is weer een heel ander verhaal).
Veel belangrijker dan de vorm van de lippen is een juiste positionering van de lipplaat van je fluit tegen je onderlip. Dit is een kwestie van millimeterwerk. Je fluitleraar is in staat te bepalen wat voor jou de beste plaatsing van het mondstuk is aan de hand van onder meer de vorm van je lippen, je gebit en je kaken. Het kan zijn dat je voor jouw beste toon je instrument net iets verder of juist minder ver naar buiten moet draaien of dat je de fluit in een beetje andere hoek moet vasthouden.
Het avontuur van het op zoek gaan naar wat voor jou de beste positie van het mondstuk is, start meestal het positioneren van je dwarsfluit ergens boven de (rode) onderrand van je onderlip. Vaak gaat het om paar millimeter erboven.
Positionering van de lipplaat bij een afwijkende vorm van je lippen
Hieronder vind je tips voor de positionering van de lipplaat van je instrument.
Met zeer dunne lippen dwarsfluiten
Als je zeer dunne lippen hebt, probeer dan een wat groter deel van het mondgat van je dwarsfluit te bedekken door de lipplaat iets lager dan de rode onderrand van je onderlip te positioneren.
Met dikke lippen dwarsfluiten
Als je een extra dikke onderlip hebt, probeer dan eens een wat kleiner gedeelte van het mondgat van de fluit bedekken door de lipplaat iets hoger op de onderlip te plaatsen.
Met ongelijke lippen dwarsfluiten
Als je bovenlip erg dik is in verhouding tot de onderlip of omgekeerd, kun je aan de hand van aanwijzingen van een goede dwarsfluitleraar over bijvoorbeeld de positie van je mondhoeken of onderkaak vaak toch komen tot een goede toonvorming op je instrument. Wel kost het je waarschijnlijk meer tijd dan andere fluitleerlingen om dit te bereiken.
Met een druppelvormige bovenlip dwarsfluiten
Als je in het midden van je bovenlip een soort verdikking hebt hangen, hoeft dat geen probleem te vormen. Probeer het mondstuk van de dwarsfluit zover naar links of naar rechts te verplaatsen dat het midden van het mondgat van de fluit precies tegenover het midden van de natuurlijke opening tussen de boven- en onderlip terecht komt.
In elk geval hoeft de vorm van je lippen zelden of nooit een belemmering voor het leren dwarsfluiten te betekenen. Datzelfde geldt meestal ook voor de vorm of toestand van je gebit. Lees daarover meer in het artikel over het
ondanks je gebit goed leren dwarsfluiten. Een piercing door je lip of je tong kan wel
bepaalde problemen bij het fluit spelen opleveren.
Lees verder