Muziekinstrumenten: Kromhoorn en Cornemuse
De muziekinstrumenten uit de middeleeuwen en renaissance zijn niet dezelfde als je nu in een orkest aantreft. De kromhoorn behoort tot de zachter klinkende instrumenten. De kromhoorn was niet alleen door de klank, maar ook door zijn opvallende verschijning een interessant muziekinstrument. Laten we eens kijken naar de kromhoorn en de cornemuse.
Dubbelriet-instrument
In het allerlaatste deel van de middeleeuwen en in de renaissance werd de kromhoorn populair. De allereerste vermelding van de kromhoorn in dateert uit 1489, in Duitsland. De kromhoorn is een blaasinstrument met een dubbelriet. In het hedendaags muziekinstrumentarium zijn alleen de hobo en de fagot nog
dubbelriet-instrumenten.
Bespelen dubbelriet-instrument
Instrumenten met een dubbelriet, zoals ook de
schalmei en
dulciaan die in de renaissance populair waren, worden bespeeld met het dubbelriet grotendeels in de mond. Door ademdruk, lippenstand en lippendruk (embouchure) te variëren kan de trilling van het riet beïnvloed worden, en daardoor ook de toonhoogte. De schalmei behoort tot de groep luide instrumenten (= luid klinkend), uitstekend geschikt om in grote ruimtes of in de buitenlucht te bespelen.
Zachte instrumenten
In kleinere ruimtes was het geluid van een schalmei te luid, te opdringerig. Er werd gezocht naar blaasinstrumenten die minder geluid produceerden, en binnen dus aangenaam klonken. In de groep zachte instrumenten kon je blokfluiten, dwarsfluiten en kromhoorns vinden.
Sopraan-kromhoorn. Het windkapsel is er even afgehaald, zodat je het dubbelriet kunt zien.
Kromhoorn
Een kromhoorn is ook een
dubbelriet-instrument. Bij de kromhoorn wordt het dubbelriet niet rechtstreeks in de mond genomen, maar is een
windkapsel om het riet geplaatst. De speler blaast op het mondstuk op het windkapsel. Hierdoor wordt het riet in trilling gebracht en hoor je geluid. Omdat er geen rechtstreeks contact is van lippen op het riet, is het niet mogelijk met lippenstand of lippendruk (embouchure) invloed uit te oefenen op de tonen. De enige manier om de toonhoogte te beïnvloeden is met ademdruk: harder blazen geeft een hogere toon dan zachter blazen.
Beperkt bereik
Veel blaasinstrumenten hebben een groot toonbereik, door te overblazen. Dat wil zeggen, dat door harder blazen en een speciale vingerzetting ook een tweede, hoger, octaaf bereikt kon worden. Dat geldt niet voor de kromhoorn, omdat het windkapsel dit verhindert. Het toonbereik van de kromhoorn is daardoor beperkt tot een heel octaaf, plus één toon. Zo'n toonbereik heet ook wel een
none (= negen).
Modernere kromhoorns
Het beperkte bereik is in modernere uitvoeringen van de kromhoorn een beetje uitgebreid door één of twee kleppen aan te brengen. Dat scheelde weer één of twee tonen, waardoor je nét wat meer muziek aankon.
Kromhoorn-familie
Zoals zoveel instrumenten werd de kromhoorn ook in een 'familie' uitgevoerd: je had:
- sopraan, gestemd in c
- alt, gestemd in f
- tenorm, gestemd in c
- bas, gestemd in f
Soms werd zelfs een grootbas gebruikt, ook weer gestemd in c.
Muziek
Met de keuze van te spelen muziek moest altijd rekening worden gehouden met het toonbereik. Toch bleef er genoeg over en hebben verschillende componisten muziek geschreven die met kromhoorns uitstekend te spelen is. Er waren diverse kromhoorngezelschappen, en zelfs in orkesten was er een kromhoornsectie. In orkesten vanaf 1700 komt de kromhoorn eigenlijk niet meer voor.
Vorm
De kromhoorn heeft een typische vorm, je zou het bijna een soort wandelstok kunnen noemen. Deze vorm had drie functies:
Een decoratieve functie. Het oog wil ook wat en de typische vorm trok natuurlijk aandacht.
De muziek klinkt vooral door het uiteinde van het instrument. Door de gebogen vorm wordt dit geluid meer naar boven en naar voren gestuwd dan naar de vloer. De muziek kon dus beter naar het publiek gericht worden.
Omdat het geluid niet naar de vloer is gericht, zal ook de speler de muziek beter kunnen horen. En dat was belangrijk, omdat intoneren van deze instrumenten niet gemakkelijk was. Als je jezelf niet goed kon horen, dan kon je natuurlijk niet meer op elkaar afstemmen.
Cornemuse (sopraan)
Cornemuse
Een variant van de kromhoorn is de
cornemuse. Dit is óók een dubbelriet-instrument dat via een windkapsel bespeeld wordt. Het verschil zit 'm in de vorm: een cornemuse heeft niet de gekromde vorm van de kromhoorn, maar is recht. Speelwijze en klank komen aardig met elkaar overeen. Op een cornemuse zijn vaak niet de extra kleppen aangebracht die je op de kromhoorn ziet. Hierdoor blijft het toonbereik beperkt tot de none (= negen tonen: één octaaf plus één toon).
Franse cornemuse
Het woord cornemuse wordt in Frankrijk gebruikt om een doedelzak aan te duiden.
Kromhoorn en cornemuse, met de windkapsels er even af.
De kromhoorn nu
In orkesten kom je de kromhoorn niet meer tegen. Toch wordt de kromhoorn nog steeds gebruikt. Groepen die renaissancemuziek spelen, kiezen er vaak voor deze zoveel mogelijk met originele instrumenten of replica's daarvan uit te voeren. Het instrument wordt dus nog steeds gebouwd. Op Youtube zijn nog filmpjes te bekijken van ensembles die kromhoorns bespelen.
Lees verder